Tijdbeeld
6 afbeeldingen.

Beschrijving

Hieronder volgt een beknopte beschrijving van het pand op hoofdlijnen. Verdere bijzonderheden met betrekking tot het exterieur, de constructie en het interieur worden in de tijdlijn nader toegelicht binnen de context en chronologie van de bouwgeschiedenis. 

Bouwmassa
Het huis is gebouwd op een rechthoekige plattegrond en telt boven een kelder twee bouwlagen onder een dwars geplaatst zadeldak tussen bakstenen topgevels. Het dak is gedekt met rode oud-Hollandse dakpannen. Op de nok staan drie gemetselde schoorstenen (rechts twee, links één). De voorgevel is hoger opgetrokken dan de achtergevel, waardoor het dakvlak aan de achterzijde een stuk lager doorloopt. Aan de achterzijde zijn in het dak drie kleine dakramen opgenomen. 

Gevels en bouwmuren
De voorgevel aan de Roggenstraat wordt aan de bovenzijde afgesloten met een overstekende bakgoot en is boven de moderne glazen winkelpui afgewerkt met pleisterwerk met schijnvoegen. De gevel is op de verdieping asymmetrisch ingedeeld met vijf houten, zesruits schuifvensters. De twee linker vensters zijn voorzien van een natuurstenen onderdorpel, het derde venster van links heeft een betonnen lekdorpel en de twee vensters rechts hebben houten onderdorpels. Op zolderniveau is een beperkt deel van het metselwerk van de borstwering in het zicht. Het metselwerk van handvorm baksteen heeft een 10-lagenmaat van ca. 50 cm. 

De achtergevel is grotendeels ingebouwd en boven de huidige begane grond in het zicht. Het bovenste deel is vrijwel geheel opgetrokken in machinale baksteen in halfsteens verband en wordt afgesloten met een bakgoot. De zuidoostelijke hoek, rechtsachter, bevat nog ouder metselwerk dat grotendeels achter pleisterwerk schuil gaat. 

Het dwarshuis heeft gemeenschappelijke bakstenen scheidingsmuren die op zolderniveau uit gemetselde topgevels bestaan. Van de grotendeels gepleisterde rechter en linker bouwmuur kon op de begane grond onder de verdiepingsbalklaag slechts een zeer beperkt deel van het muurwerk waargenomen worden. 
De rechter bouwmuur bevat aan de achterzijde bakstenen van 30 x 14/15 x 7/8 cm. Van de linker bouwmuur is aan de voorzijde slechts een klein fragment van muurwerk van handvorm baksteen in het zicht. 

De topgevels zijn aan de binnenzijde volledig gepleisterd. Boven het niveau van de borstwering is het muurwerk van de linker topgevel dunner uitgevoerd. Centraal is een dubbel rookkanaal zichtbaar. Aan de achterzijde bevat de topgevel een houten venster- of luikopening. 
Ook de rechter topgevel heeft aan de achterzijde een (dichtgezette) vensteropening met houten bovendorpel. Aan de voorzijde is, aansluitend op de voorgevel een sprong in het muurwerk zichtbaar. Ook aan deze zijde tekenen zich centraal twee rookkanalen af. De rechter topgevel is een stuk tot boven het dak opgetrokken. Hier zijn niet alleen de twee gemetselde schoorstenen in het zicht, maar zijn tevens twee daklijnen van twee topgevels zichtbaar. Op het binnenste deel ligt een enkele rij rode oud-Hollandse pannen.

4 afbeeldingen.

Kapconstructie
Het dak wordt gedragen door een onbeschoten sporenkap die op het hoogste niveau wordt ondersteund door drie naaldhouten gebinten. Deze gebinten zijn aan de voorzijde uitgevoerd als dekbalkgebint, aan de achterzijde zijn A-spanten toegepast. Hier lopen de stijlen door tot in de nok en zijn daar verbonden met de spantbenen die aan de voorzijde op de dekbalken staan. 

Aan de voorzijde bestaat het merendeel uit hergebruikte eiken daksporen met een rechthoekige doorsnede. De daksporen zijn aan de achterzijde van rondhout. Aan de voorzijde zijn de gebintstijlen via blokkeels gekoppeld aan de borstwering. Aan de achterzijde heeft de zolder geen borstwering, tussen de gebintstijlen en de daksporen is hier een gording aangebracht. Er zijn geen telmerken aangetroffen. 

Balklagen
De verdiepingsvloer wordt gevormd door een samengestelde balklaag, bestaande uit vijf eiken moerbalken en tussenliggende kinderbinten. De moerbalken staan haaks op de straat en zijn bij de oplegging in de voorgevel voorzien van sleutelstukken. De twee buitenste moerbalken zijn uitgevoerd als strijkbalken. 

De zoldervloer is opgebouwd uit vijf eiken dekbalken die aan de achterzijde ondersteund worden door eiken kromstijlen. Een aantal stijlen zijn deels afgezaagd en staan op gemetselde penanten. Aan de voorzijde zijn de dekbalken met verlengd en met sloffen opgelegd in de voorgevel. Ook hier op de houtconstructie geen telmerken waargenomen. 

Kelder
Het pand is geheel onderkelderd. De kelder wordt aan de bovenzijde afgesloten door de vlakke begane grondvloer van gewapend beton. De (moderne) kelderwanden zijn rondom opgetrokken met handvorm bakstenen van uiteenlopend formaat.

8 afbeeldingen.

Indeling
Zie voor de huidige indeling de plattegronden van de bestaande situatie van architect Tim Versteegh. De begane grond is behoudens het trapportaal aan de linkerzijde niet ingedeeld. De verdiepingstrap is een halfronde naaldhouten trap naar een tussenbordes, een rechte steektrap leidt naar de verdieping. Vanaf het tussenbordes is de ruimte tussen verdiepingsvloer en het verlaagde plafond van de begane grond toegankelijk. 
De overloop op de verdieping geeft toegang tot twee vertrekken aan de voorzijde en twee vertrekken aan de achterzijde. De ruimte linksvoor is als keuken ingericht, linksachter is een sanitaire ruimte ondergebracht. De zolder is één open, ongedeelde ruimte.