Tijdbeeld

Conclusie

Samenvatting van de bouwgeschiedenis

Boerderij De Negelaer kent een lange en complexe bouwgeschiedenis die met dit onderzoek op hoofdlijnen in kaart is gebracht. Vanwege latere veranderingen en het veelal ontbreken van archiefinformatie is het onvermijdelijk dat sommige perioden in de bouwgeschiedenis onbenoemd blijven en dat bij de analyse van verschillende bouwfasen uitgegaan is van onderbouwde aannames.

De huidige boerderij is waarschijnlijk ontstaan in de tweede helft van de 18e eeuw op een erf waar in ieder geval al in 1735 een boerenbedrijf gevestigd was onder de naam ‘Der Negelder’. Van het oorspronkelijke gebouw bleef de eiken gebintenstructuur en de eiken kapconstructie grotendeels gaaf bewaard. Ter plaatse van de voorgevel stond nog een eerste gebint dat opgenomen was in een vakwerkgevel. De verstening van de boerderij en de uitbreiding van het woongedeelte heeft plaatsgevonden in de eerste helft van de 19e eeuw. Met de ophoging van het linker- en later het rechter deel van het woongedeelte transformeerde De Negelaer in een krukhuis- en later in een T-huisboerderij. Deze ontwikkeling is nog te volgen aan de hand van de kapconstructie en een bouwnaad in de voorgevel. In deze periode is de huidige verschijningsvorm en hoofdopzet tot stand gekomen, met een dwarsgeplaatst voorhuis en de huidige indeling van het woongedeelte met kelder- en opkamer, heerd en rechter zijkamer.

In 1877 werd tegen de noordgevel een schuur aangebouwd die in 1996 weer is afgebroken. Tegelijk met deze nieuwbouw verlengde men het bedrijfsgedeelte een klein stukje naar achteren. Bij deze ingreep is tevens de kapconstructie aan de achterzijde en de ankerbalk van het laatste gebint vernieuwd en zijn waarschijnlijk ook de rondhouten dekbalkgebinten geplaatst. In het eerste kwart van de 20e eeuw is de linker zijgevel van het woongedeelte opnieuw opgetrokken. De vernieuwing (en mogelijk verhoging) van de linker zijgevel van het bedrijfsgedeelte dateert waarschijnlijk van rond 1900 en zal te maken hebben gehad met de modernisering van de stallen. Van de historische stalinrichting bleef echter niets bewaard.

Omstreeks 1921 en 1930 hebben met name in het interieur diverse verbouwingen plaatsgevonden. De veranderingen in deze bouwfase zijn bij de latere restauratie vrijwel allemaal ongedaan gemaakt. Alleen de in het bedrijfsgedeelte uitgebouwde, voormalige keuken aan de zuidzijde herinnert nog aan deze moderniseringsslag. Kort na 1950 is de achtergevel van de boerderij vernieuwd en zijn in de linker zijgevel betonnen stalvensters aangebracht.

In 1996 begonnen de huidige eigenaren aan een omvangrijke klus: de restauratie en verbouwing van De Negelaer. Na de sloop van de aangebouwde schuur is de rechter zijgevel van het bedrijfsgedeelte opnieuw opgebouwd en is het exterieur gerestaureerd. In het interieur is het woongedeelte naar achteren uitgebreid en is de huidige indeling op de verdieping tot stand gekomen. Het interieur werd volledig gestript en opnieuw afgewerkt, met handhaving van de bestaande driebeukige indeling (inclusief kelder en opkamer) op de begane grond van het voorhuis.

Aanbevelingen

  • Geadviseerd wordt om gedurende de restauratie van de vrijstaande schuur, de gebintenstructuur van dit gebouw nader te onderzoeken en op basis hiervan de analyse en conclusie van deze rapportage te actualiseren.
  • Het is daarnaast aan te bevelen om de mogelijkheden van dendrochronologisch onderzoek te verkennen. Bij dit specialistische onderzoek wordt door middel van een holle boor een monster uit een deel van de (eiken)houten constructie genomen. Aan de hand van het specifieke jaarringenpatroon kunnen de verschillende constructieonderdelen van de kap van de boerderij en de balklagen mogelijk vrijwel exact gedateerd worden. Dit levert bij een geschikt monster waardevolle informatie op over de bouw- en verbouwgeschiedenis. Het verkrijgen van een succesvolle en betrouwbare datering hangt onder andere af van het aantal jaarringen (hoe snel is het hout gegroeid).