Tijdbeeld

Tijdlijn

Tijdlijn afbeelding
Tijdlijn titel & intro

Vijftiende en zestiende eeuw

Van het onderzochte huis dateert het voorhuis aan de Roggestraat waarschijnlijk uit de vijftiende of zestiende eeuw. In de tweede helft van de zestiende eeuw werd een achterhuis aangebouwd met aan de Markt een trapgevel, afgedekt met ezelsruggen. In deze periode werd op de zolder van het voorhuis een tussenverdieping gerealiseerd. (lees verder...)

Slideshow
2 afbeeldingen.
Tekst

Het huis is gelegen nabij het laat-middeleeuwse stadshart, op een prominente plaats aan de kruising van de belangrijkste straten en tegenover het raadhuis en de stadswaag. Het voorhuis aan de Roggestraat vormt het grootste bouwdeel en is waarschijnlijk ook het oudst. Op een achttiende-eeuwse tekening van de Koepoortstraat is de voorgevel van het huis in de achtergrond weergegeven. Deze gevel is opgebouwd uit een hoge begane grond waarin drie hoge kruisvensters opgenomen zijn en heeft in de hoog opgaande geveltop twee rijen vensters; onder zijn drie kleinere vensters waarneembaar, daar boven lijkt centraal een venster aangebracht, geflankeerd door nissen. De gevel wordt bekroond door hoge trappen die wat minder duidelijk getekend zijn. Op de uiteinden van de trappen zouden pinakels gestaan kunnen hebben, maar mogelijk heeft de anonieme tekenaar een bekroning van de schermgevel bedoeld met gekanteelde trappen. De schermgevels van het tegenover liggende Schepenhuis (uit 1455) en de gereconstrueerde top van de waag zijn ook voorzien van pinakels. Dit type gevel, al dan niet voorzien van een geleding met nissen was in de IJsselstreek in de vijftiende eeuw sterk in opkomst.

Slideshow
5 afbeeldingen.
Tekst

vloeren en bouwmuren
De vloer van de zolder zal de hoge begane grond afgesloten hebben, deze vloer zal ongeveer op de plaats van de huidige vloer van de tweede verdieping gelegen hebben. Onduidelijk is of deze vloer nu nog aanwezig is. Nog wel aanwezig is de achtergevel van het oudste deel van het huis, waarvan de top afgesloten wordt met trappen die voorzien zijn van ezelsruggen. Op de begane grond en de verdieping zijn in deze gevel - die nu de scheiding tussen voor- en achterhuis vormt - grote doorbraken gemaakt. Op zolderniveau bleef de gevel voor het grootste deel wel bewaard.

De rechter bouwmuur verspringt over de hele hoogte van het huis een stukje voor de achtergevel naar buiten, het huis wordt daar dus wat breder. Dit soort bajonetvormige verschuivingen in gemeenschappelijke bakstenen scheidingsmuren kunnen tot stand gekomen zijn bij de verstening van de stad vanaf de veertiende eeuw. Houten huizen hadden in de late middeleeuwen eigen dragende wanden, tussen twee huizen werd een smalle strook, een zogenaamde osendrop, vrijgehouden waarin ook het hemelwater afgevoerd kon worden. Bij de vernieuwing van een houten huis door een huis met bakstenen muren moest de nieuwe muur op eigen terrein gezet worden. De buurman mocht daar later wel gebruik van maken. Afhankelijk van de volgorde van het bouwen van bakstenen muren konden deze dus op de rand van het ene, of de rand van het naastgelegen perceel opgetrokken worden en daarbij kon deze dus een stukje verspringen.

Ook de kelder zal nog uit de late middeleeuwen dateren. Het gehele voorhuis is onderkelderd. De kelder is drie gewelfvakken diep wordt afgesloten met vrij onregelmatig vormgegeven kruisgewelven. In het middelste vak heeft de kelder een toegang vanuit de Kerkstraat.

Slideshow
4 afbeeldingen.
Tekst

zestiende eeuw
In de tweede helft van de zestiende eeuw werd het voorhuis uitgebreid met het huidige achterhuis aan de Markt. Mogelijk was het huis al eerder naar achteren uitgebreid, een kleine kelder met een tongewelf direct achter de voormalige achtergevel wijst daar wellicht op.
De zoldervloer van dit achterhuis kwam wat hoger te liggen dan die van het voorhuis zodat er ruimte kwam voor een tussenverdieping. Deze enkelvoudige zolderbalklaag is in het zicht en is opgebouwd uit licht alternerende eiken balken die evenwijdig aan de achtergevel liggen. De verdiepingsbalklaag is alleen nog aanwezig boven de vertrekken in de hoek van de achtergevel en de zijgevel aan de Kerkstraat en ligt een stukje hoger dan de aansluitende delen van de vloer. Deze vloer is thans niet in het zicht en staat op een bouwtekening uit 1980 enkelvoudig weergegeven. Onder deze hoek ligt een kleine kelder met een gewelf opgebouwd uit vier velden met kruisgewelven, gescheiden door gordelbogen die in het midden steunen op een gemetselde kolom. In het nabije Zutphen zijn een aantal huizen ook voorzien van dit gewelftype. Deze huizen hebben allemaal een zeventiende-eeuwse oorsprong.[1] Mogelijk was boven deze kelder oorspronkelijk een opkamer die ook de verhoogde aanleg van de verdiepingsvloer zou kunnen verklaren. Van een eventuele opkamer ter plaatse is nu niets meer waarneembaar.

achtergevel
De achtergevel van het achterhuis staat in de rooilijn van de huizen aan de Markt. De bakstenen gevel heeft een top die uitgevoerd is in schoon metselwerk in een zeer onregelmatig verband waarin vrij veel koppen verwerkt zijn, het lijkt er op dat sloopmateriaal verwerkt werd bij de bouw. De trappen zijn voorzien van ezelsruggen en in de hoekoplossing daarvan zijn klezoren verwerkt. De gevel heeft een horizontale geleding in de vorm van geprofileerde waterlijsten. Op zolderniveau zijn nog twee oorspronkelijke dubbele bakstenen luikopeningen aanwezig en in de top bleef een kleine luikopening bewaard.
Op een tweetal historische afbeeldingen, één van voor de oorlog en één uit 1955, is te zien dat de trappen van de gevel destijds nog niet voorzien waren van ezelsruggen. Alleen op de meest linkse trap lijkt nog een stukje van een ezelsrug zichtbaar. Dat roept de vraag op of deze gevel oorspronkelijk ook een dergelijke afsluiting gekend heeft. De opbouw van de gevel, met vlak metselwerk zonder nissen of bogen en met doorlopende geprofileerde bakstenen waterlijsten, lijkt sterk verwant aan talloze vergelijkbare exemplaren uit het begin van de zeventiende eeuw. De trappen van gevels uit deze periode zijn echter meestal voorzien van natuurstenen dekstenen.
Bij het achterhuis van Roggestraat 1-Kerkstraat 2  zou het om een vrij ongebruikelijke overgangsvorm kunnen gaan die dan aan het eind van de zestiende eeuw of omstreeks 1600 gedateerd kan worden. Een dergelijke datering past ook goed bij de enkelvoudige alternerende eiken balklagen en het keldergewelf van dit bouwdeel.

Footnotes

  1. ^ Werkgoep Bouwhistorie Zutphen, Laarstraat 118 (nr 157) uit 1680, Barlheze 27 (nr 106) uit 1642, Kerkhof 6 (nr 8), Broederenkerkstraat 4 (nr 94) en Lange Hofstraat 8 (nr 35) uit XVII. http://82.151.47.180/~historie/zinc/index.html
Slideshow
3 afbeeldingen.
Tekst

tussenverdieping
Mogelijk omstreeks dezelfde tijd werd aan de achterzijde van het voorhuis een extra tussenverdieping toegevoegd door aan de dakvoet (en aan de bovenzijde van de zolderborstwering) een enkelvoudige alternerende eiken balklaag aan te brengen. Het op deze wijze ontstane lage vertrek bestaat nog steeds en is in de huidige situatie onderdeel van de tweede verdieping die later gerealiseerd werd. Het op deze wijze ontstane vertrek werd later, mogelijk in de zeventiende of achttiende eeuw, aan de voorzijde afgescheiden met een houten wand opgebouwd uit brede verticaal geplaatste (eiken?) delen. De deur werd afgehangen met vlinderscharnieren en mogelijk dateert de bewaard gebleven trap naar het verhoogde deel van de zolder ook nog uit deze tijd.

Tijdlijn afbeelding
Tijdlijn titel & intro

Achttiende eeuw

In de achttiende eeuw werd het voorhuis ingrijpend verbouwd. Door het aanbrengen van extra vloeren werden er twee extra verdiepingen gecreeerd. De laat middeleeuwse voorgevel werd gesloopt en vervangen door een moderne lijstgevel met schuifvensters. (lees verder...)

Slideshow
Tekst

In de (late?) achttiende eeuw vond een ingrijpende verbouwing van met name het voorhuis plaats. Het huis kreeg een geheel nieuwe gevel aan de Roggestraat en door tegelijk de zijgevel een stukje te verhogen kwam er ruimte voor twee extra verdiepingen. Waarschijnlijk werd bij deze bouwcampagne de bestaande zolderbalklaag gehandhaafd en ging deze functioneren als tweede verdiepingsvloer. Voor de verdiepingsvloer en de nieuwe zoldervloer aan de voorzijde werden nieuwe balklagen gelegd. Aan de achterzijde van het voorhuis bleef de bestaande zoldervloer in de vorm van de omstreeks 1600 toegevoegde tussenvloer bestaan.

Slideshow
4 afbeeldingen.
Tekst

voorgevel
De voorgevel werd uitgevoerd in schoon metselwerk in kruisverband en werd afgesloten met een eenvoudige omlopende kroonlijst. Ook het gevelmetselwerk liet men om de hoek lopen om het aan te kunnen laten sluiten op de op de grens met het bestaande metselwerk aangebrachte nieuwe schuifvensters op de begane grond, verdieping en tweede verdieping.
De voorgevel kreeg op de verdieping en de tweede verdieping drie schuifvensters. De tussenliggende muurdammen werden vrij smal uitgevoerd, het kozijnhout van de schuifvensters werd fors gedimensioneerd. De begane grond had destijds analoog aan het bovenliggende deel ook een indeling in drieën, met zeer waarschijnlijk centraal een deur geflankeerd door vensters. Bij het later plaatsen van de huidige winkelpui bleven de oorspronkelijke muurdammen van deze indeling bewaard.
Ook de gevelindeling van de zijgevel aan de Kerkstraat en de achtergevel aan de Markt zal bij deze modernisering vernieuwd en/of aangepast zijn. In ieder gevel de kozijnen die voorzien zijn van een versiering in de vorm van een duivejagerprofiel en de kozijnen op de begane grond met aan de buitenzijde een luiksponning zouden nog goed uit de achttiende eeuw kunnen dateren, net zoals het gecombineerde venster/hijsluik in de achtergevel, inclusief de hijsvoorziening. Volgens de redengevende omschrijving in het monumentenregister zou de deuromlijsting met pilasters en hoofdgestel, in 1966 nog voorzien van een gesneden deur en kalf, ook nog uit deze periode dateren. De gesneden deur is nu niet meer aanwezig. De achterliggende trap naar de verdieping maakt met een gedraaide trappaal en het onderste deel dat is voorzien van balusters in de vorm van platte gestileerde vazen een negentiende-eeuwse indruk. 

Wat betreft de indeling van de verschillende bouwlagen in deze periode zijn we slecht geïnformeerd; in het interieur bleven geen waarneembare onderdelen bewaard die uit deze periode zouden kunnen dateren. Ook is niet bekend of het huis destijds één gebruiker kende of dat voor- en achterhuis gesplitst waren. Mogelijk werden de verdiepingen gescheiden van de begane grond en de kelder gebruikt en zeker niet uitgeloten kan worden dat er net zoals later destijds al meerdere woningen in het grote huis ondergebracht waren.

 

Slideshow
Tekst
Slideshow
Tekst
Tijdlijn afbeelding
Tijdlijn titel & intro

Negentiende en twintigste eeuw

Vanaf het eind van de achttiende eeuw was op de begane grond van het huis een winkel gevestigd. Eerst een kruidenier, daarna een winkel in manufacturen en het grootste deel van de vorige eeuw een sigarenmagazijn en een radiozaak. (Lees verder...)

Slideshow
Tekst

Aan het eind van de achttiende eeuw was het hoekhuis Kerkstraat-Roggestraat eigendom van kruidenier en winkelier in ellewaren (stoffen of manufacturen) Arent Hermsen. Na zijn overlijden in 1809 trouwde zijn oudste dochter Hermina nog hetzelfde jaar met de uit Lochem afkomstige Berend Jan Oudenampsen, die de zaak van zijn schoonfamilie overnam. Berend Jan was één van de oprichters van het departement Doesborgh van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen in 1809 en maakte deel uit van het bestuur van de leesbibliotheek.
Oudenampsen stond ook als kaarsenmaker te boek en was ook bekend vanwege zijn pentekenkunst. Hij calligrafeerde en maakte pentekeningen die hij o.a. bij voorintekening probeerde te verkopen. Vanwege ‘eene zinneloze vrouw en een aantal onverzorgde kinderen…’ tekende het Rijk in 1836 in op 25 exemplaren van zijn ‘geboorte en den opstanding van den Zaligmaker’. Zijn persoonlijke omstandigheden waren zeker niet optimaal te noemen. Het gezin kreeg elf kinderen en toen zijn zieke vrouw in 1836 overleed moest hij zijn huis verkopen. In 1854 kwam hij bij een ongeluk om het leven. Hij verkocht sigaren die zijn zoon produceerde en maakte dat jaar een zakenreis naar het noorden van het land. In het Hoofdkanaal onder Tjamsweer bij Appingedam geraakte hij ’s avonds te water en verdronk.[1]

Footnotes

  1. ^ https://oudenampsen.webnode.nl/mens/kunst/berend-jan-h-19/
Slideshow
4 afbeeldingen.
Tekst

radiodistributie
Het huis werd gekocht door David van Londen, winkelier van beroep en gaat omstreeks 1880 over in handen van zijn zoon Willem van Londen die als manufacturier geregistreerd stond. In de jaren ’20 van de vorige eeuw komen we Willem van Londen jr. als eigenaar tegen die bij het Kadaster zowel als sigarenwinkelier als exploitant van de radio centrale en later als beambte der PTT bekend was. Van Londen handelde onder de naam DETRO in radio’s en was exploitant van een radiodistributienetwerk. Radiodistributie is te vergelijken met een hedendaagse kabelaansluiting. Via een kastje met keuzeschakelaar kon men kiezen uit vier radiostations waarvan de uitzending dan via een eenvoudige luidspreker te beluisteren was. In 1943 werden alle distributienetten door de bezetter ondergebracht bij de PTT. In de jaren ’60 ging het bergafwaarts met dit medium en in 1975 werd de radiodistributie definitief opgeheven.

Slideshow
2 afbeeldingen.
Tekst

winkelpui
In de negentiende eeuw vond geleidelijk een overgang plaats van handmatige, ambachtelijke arbeid, naar fabrieksmatige en machinale productie. Toenemende welvaart, groei van de bevolking en betere verbindingen leidden tot extra dynamiek in het centrum van Doesburg. In de belangrijkste straten en rond de markt werden in toenemende mate nieuwe winkels geopend. De ambachtsman die een beperkte hoeveelheid, veelal zelf geproduceerde producten aanbood, maakte in deze periode geleidelijk plaats voor de gespecialiseerde winkelier met een uitgebreid assortiment die uit voorraad leverde. Om de koopwaar op een zo aantrekkelijk mogelijke wijze te kunnen presenteren werden op de begane grond nieuwe verkoopruimten ingericht, meestal in combinatie met een representatieve onderpui met grote etalagevensters.
Aanvankelijk werden bestaande vensters in de voorgevel voorzien van uitstalkasten aan de buitenzijde, vanaf omstreeks 1875 werden geheel nieuwe onderpuien ontworpen met brede etalages.

De huidige winkelpui van Roggestraat 1 zal omstreeks 1865 tot stand gekomen zijn. De etalages hebben nog het karakter van individuele uitstalkasten, zij steken een stuk voor het gevelvlak uit en rusten op uitkragende consoles. De beide kasten zijn met een geprofileerde kroonlijst met elkaar verbonden en in de zo ontstane portiek is in het midden de voordeur geplaatst. Mogelijk is deze verbindende lijst een latere toevoeging. Het is zeer ongebruikelijk om op deze wijze uitstalkasten vorm te geven en ook de afwijkend vormgegeven zuiltjes links en rechts van de voordeur zouden hier op kunnen wijzen. De onderpui is zorgvuldig gedetailleerd met gecanneleerde zuilen met kapitelen en in de bovenlichten rijk uitgewerkte gesneden roeden.
De winkel aan de voorzijde was blijkens de gevelreclame in 1955 nog in gebruik als sigarenmagazijn. Op een foto van de voorgevel is te zien dat de exploitant van de winkel destijds H. v.d. Brand was.

Slideshow
4 afbeeldingen.
Tekst

verbouwingen in het begin van de twintigste eeuw
Omstreeks 1900 vond in het huis een verbouwing plaats. De exacte datering en omvang van de werkzaamheden is niet bekend, maar afgaande op de vormgeving van de binnendeuren aan de gang op de verdieping veranderde destijds mogelijk de indeling van de bovenwoning. Zeer waarschijnlijk werd in dezelfde periode ook de gehele kapconstructie van het voorhuis vervangen door de huidige gordingenkap die ondersteund wordt door verbeterde Hollandse kapspanten.

verbouwing 1942
Op zes augustus 1942 kreeg Willem van Londen vergunning voor een kleine verbouwing op de begane grond. Ter plaatse van een venster kwam een deur met zijlicht die toegang gaf tot de woning achter de winkel. De tekening hiervoor werd gemaakt door de Doesburgse architect J. Vervoort. Waarschijnlijk werd de bovenwoning destijds apart verhuurd.

Tijdlijn afbeelding
Tijdlijn titel & intro

Restauratie in 1980

In 1980 vond een restauratie van het exterieur plaats. De bovenverdiepingen werden ingericht voor kamerverhuur en de winkel op de begane grond werd vergroot ten koste van de achterliggende woonvertrekken. (Lees verder...)

Slideshow
Tekst

Carolina Cornelia van Londen verkocht in 1974 het grote huis op de hoek van de Roggestraat aan Geert Cornelis Jozef Merkx. De blinde Merkx exploiteerde een stukje verder in de Kerkstraat tot ver in de jaren ’90 een tabakswinkel. Vanwege de slechte bouwkundige staat van het pand informeerde Merkx in 1975 naar de mogelijkheden om het huis te restaureren, maar verder dan de toezegging van de gemeente Doesburg dat Gemeentewerken het pand zou opmeten komt het niet.

Merkx verkocht het huis in 1978 aan Hermannus Johannes Adrianus Geereking. Geereking was aanvankelijk alleen van plan om het pand een goede schilderbeurt te geven, maar na het inschakelen van architectenbureau Heineman, Vos ten Broeke uit Velp werd dit plan een jaar later opgeschaald tot een restauratie van de buitenzijde.
De plannen betroffen het herstel van de trapgevel aan de Markt, herstel van goten, kozijnen en deuren inclusief de winkelpui, het weer aanbrengen van een hoeklantaren, buitenschilderwerk en het beschieten en herstellen van het dak van het achterste gedeelte. Het interieur van de verdiepingen werd ongemoeid gelaten.
De hoeklantaren is uiteindelijk niet geplaatst en van het achterste dak werden ook alle daksporen vervangen. Of de ondersteunende gebinten daarbij ook vernieuwd werden kon bij het recente onderzoek niet vastgesteld worden omdat deze ruimte tijdens het veldwerk niet toegankelijk was.

verbouwing van de winkel
In opdracht van Geereking werd in dezelfde tijd de winkel op de begane grond veranderd. De ruimte werd vrijwel geheel uitgebroken om de winkel te vergroten. In de bestaande verdiepingsvloer moesten voor het ondersteunen van bovenliggende muren een aantal stalen balken aangebracht worden en de gehele onderzijde van de vloer kreeg een brandwerende afwerking. De woning achter de winkel kwam daarbij te vervallen en de kelder werd toegankelijk via een nieuwe binnentrap.
Waarschijnlijk werd in deze periode de rest van het huis ingericht voor kamerverhuur, waarbij de bestaande indeling zoveel mogelijk gehandhaafd bleef, maar waarschijnlijk wel het tweede deel van de verdiepingstrap veranderd werd en men de huidige stalen spiltrap naar de zolders realiseerde.

Slideshow
1 afbeelding.
Tekst

aanpassingen in 2004
In 2004 is V. Blom de nieuwe eigenaar van Roggestraat 1-Kerkstraat 2 en is er sprake van zeven kamerappartementen in het pand. Op 29 september van dat jaar verlenen B en W  een bouwvergunning voor het gedeeltelijk veranderen van deze appartementen. In het dossier bleef geen tekening van de bestaande toestand bewaard en de tekening van de nieuwe toestand is incompleet en niet correct wat betreft de weergave van de indeling. De exacte wijzigingen zijn dus niet bekend, waarschijnlijk gaat het om het samenvoegen van enkele vertrekken. Omdat de door de gemeente gestelde voorwaarde van een tweede vluchtmogelijkheid niet gerealiseerd kan worden stelt de gemeente een gebruiksbeperking voor enkele kamers voor. Voor de toenmalige eigenaar leverde dat bezwaar op. In overleg met de brandweer werd daarom besloten tot aanvullende maatregelen als brandwerende afwerkingen, signalering, doormelding, brandladders en blusmiddelen.

Slideshow
Tekst
Slideshow
Tekst
Tijdlijn afbeelding
Tijdlijn titel & intro
Slideshow
Tekst
Slideshow
Tekst
Slideshow
Tekst
Slideshow
Tekst
Tijdlijn afbeelding
Tijdlijn titel & intro
Slideshow
Tekst
Slideshow
Tekst
Slideshow
Tekst
Slideshow
Tekst