Advies en waardering
Het bouwhistorisch onderzoek heeft in grote lijnen de bouwchronologie van het pand Luttekestraat 12 in kaart gebracht. Het gaat om nieuwbouw van een voornaam huis in 1609, wellicht met overname van de kelders van een oudere voorganger. De huidige verschijningsvorm van het pand ontstond na een verhoging van het huis, wijziging van de gevels en de vervanging van de kap omstreeks 1800 en inkorting van de kap en de realisatie van de aanbouw in het derde kwart van de negentiende eeuw. Daarnaast is de indeling van het pand in de twintigste eeuw ingrijpend gewijzigd na een aantal verbouwingen. De cultuurhistorische waardering van het pand Luttekestraat 12 is uitgewerkt in de vorm van de volgende deelwaardestellingen: algemene historische waarden
Het huis Luttekestraat 12 is van algemeen historisch belang vanwege de relatie van het pand met het nabij gelegen vleeshuis en de Ossenmarkt in de zeventiende eeuw. Daarnaast is de algemene historische waarde gelegen in de continue huisvesting van apothekers vanaf het begin van de negentiende eeuw, van Andries Compagne van Oord tot aan Dr. G. Kluin. ensemblewaarden
Het onderzochte pand maakt onderdeel uit van de westelijke gevelwand van de Luttekestraat. Deze structuur behoort als zodanig tot de oudste kern van Zwolle en vertegenwoordigt een belangrijke ensemblewaarde. Verder is het ensemble van het huis en de open plaats aan de achterzijde - met toegang tot de Ossenmarkt - van belang vanwege de betekenis voor de vroege ruimtelijke ontwikkeling van de omgeving van de Luttekestraat als marktgebied. architectuurhistorische en bouwhistorische waarden Het huis Luttekestraat 12 is van architectuurhistorische waarde vanwege de zeer rijk vormgegeven voorgevel uit 1609. De gevel is typologisch van groot belang als voorbeeld van de ‘Nederlandse’ gevelarchitectuur rond 1600 en is in zijn soort het enig overgebleven exemplaar in de Luttekestraat. De achttiendeeeuwse vensters in de voor- en achtergevel visualiseren de veranderende wooncultuur met meer mogelijkheden voor lichttoetreding. Het houtsnijwerk van het bovenlicht in de voorgevel is van hoge kwaliteit, toont bovendien de relatie met de apothekershistorie van het huis en is architectuurhistorisch van grote waarde.
In materiële zin vertegenwoordigen vooral de buitenschil en casco van het hoofdhuis de grootste monumentale waarde. De verdiepingsbalklaag inclusief sleutelstukken met ojiefprofiel verdienen in dit kader aparte vermelding. Daarnaast zijn de twee kelders met kruisgraatgewelven van grote bouwhistorische waarde, mogelijks zelfs als voorbeeld van veertiende-eeuwse kelders in Zwolle.
Hoewel de aanbouw aan de achterzijde niet bijzonder gaaf is, of een bijzondere vormgeving kent, vormt het wel een tastbare herinnering aan de ruimtelijke ontwikkeling van het huis in de negentiende eeuw. Hetzelfde geldt voor de rond 1800 gerealiseerde kap en de zolderbalklaag, die concreet de bouwhistorie van het huis (de verhoging) zichtbaar en beleefbaar maken. Op de volgende pagina is op de opmeting van de plattegronden door AL architectuur in kleur de bouwfasering en de waardering weergegeven.
Aanbevelingen
Bij toekomstige herbestemming of verbouwingsplannen is het gewenst dat op verantwoorde wijze wordt omgegaan met de boven genoemde cultuurhistorische waarden. Het is in dit kader van belang dat het hiërarchische onderscheid tussen het hoofdhuis en de aanbouw behouden blijft. Verder is het wenselijk om de zeventiende-eeuwse indeling van een hoge begane grond met een insteekverdieping te handhaven. Bij de verbouwingswerkzaamheden is het van groot belang om na te gaan of er nog iets van de zeventiende-eeuwse balklaag van de tussenverdieping behouden is gebleven (zoals Spoel in zijn aantekeningen vermeldt). Mogelijk kunnen zodoende de afmetingen van de oorspronkelijke tussenverdieping achterhaald worden. Daarnaast is het zeer gewenst om na te gaan of het door Spoel genoemde venster in de achtergevel ter verlichting van de gang en de tussenverdieping nog aanwezig is en te bezien in welke staat deze verkeert.
Verder dienen de ten behoeve van een nieuw te maken ontsluiting in de balklagen van de aanbouw te maken trapravelingen zo beperkt mogelijk van omvang te zijn. Tegen het verlengen van een verdiepingsvenster op de verdieping in de achtergevel ten behoeve van een nieuwe ontsluiting van de woning zijn maar zeer beperkt bouwhistorische argumenten aan te voeren.